Onbedoeld ondermijnen

Abstract

Het doel van dit verkennende onderzoek was om inzicht te verschaffen in de wijze(n) waarop de Nederlandse overheid onbedoeld de georganiseerde drugscriminaliteit zou kunnen faciliteren. Daarbij stonden de volgende onderzoeksvragen centraal: Wat is er vanuit de wetenschappelijke literatuur bekend over de wijze waarop de georganiseerde drugscriminaliteit onbedoeld wordt gefaciliteerd door de overheid? Hoe wordt georganiseerde drugscriminaliteit onbedoeld gefaciliteerd door de Nederlandse overheid volgens wetenschappers, publieke en private partijen? Hoe kan overheidsfacilitering worden begrepen en verklaard? Op welke wijze kunnen deze vormen van overheidsfacilitering worden voorkomen en/of tegengaan? Welke organisaties dienen daarbij een rol te spelen? Welke knelpunten zijn daarbij te verwachten en welke oplossingen bestaan daarvoor? In hoeverre en op welke wijze kan de preventie onderdeel worden van een afwegingskader zoals Beleidskompas? Welke lessen kunnen worden geleerd van de wijze waarop in andere landen wordt ingezet op het voorkomen en/of tegengaan van onbedoelde overheidsfacilitering van georganiseerde drugscriminaliteit?INHOUD Inleiding en vraagstelling Verantwoording en uitvoering van het onderzoek Hoe kunnen we overheidsfacilitering begrijpen en verklaren? Analysekader Overheidsfacilitering in het drugs- en criminaliteitsbeeld Overheidsfacilitering te voorkomen of tegen te gaan Conclusie

In recent years, tackling organized drug crime has been prioritized in the Netherlands. This logically follows from the fact that the Netherlands is an important transit country for cocaine and production country for synthetic drugs and cannabis. Organized drug crime also has a seriously disruptive effect on society. To strengthen the approach to organized drug crime, the government made additional financial resources available in recent years, among other things to better intervene in criminal opportunity structures. The government (and other societal actors such as citizens and companies) therefore have a role in preventing opportunities for organized crime by, among other things, raising barriers or exercising supervision and control. To date, however, much less attention has been paid to the role of public policy development and implementation in unintentionally creating the societal conditions in which organized crime can emerge and thrive. The aim of this exploratory study was to provide insight into the way(s) in which the Dutch government unintentionally facilitates organized drug crime. The research questions were: What does the scientific literature tell us about the way in which organized drug crime is unintentionally facilitated by the government? How do academics and experts from public and private organizations think the Dutch government is unintentionally facilitating organized drug crime? How can unintended statefacilitated organized drug crime be understood and explained? How can unintended state facilitated organized drug crime be prevented and/or counteracted?