Evaluatie DIV
dc.contributor.author | Abraham, M. | |
dc.contributor.author | Nauta, O. | |
dc.contributor.author | Aalst, M. van | |
dc.coverage.spatial | Nederland | |
dc.date.accessioned | 2021-01-22T13:13:55Z | |
dc.date.available | 2021-01-22T13:13:55Z | |
dc.date.issued | 2019 | |
dc.identifier.uri | http://hdl.handle.net/20.500.12832/2398 | |
dc.description.abstract | With effect from 1 July 2017, Article 8 of the Road Traffic Act has been expanded with paragraph 5 to better tackle driving under the influence of drugs – or as we call here: drugged driving. This can contribute to increasing road safety. The amendment to the law provides, among other things, for a set of instruments with which the police and the judicial authorities can more easily determine the use of drugs. The police are thus authorized to test road users for drug use by means of a saliva drug tester and by examining the psychomotor functions and eye and speech functions (by means of a psychomotor test or PMT).The research has the following threefold problem definition (main questions) that are subsequently elaborated into research questions:How is the drug testing process going?What requirements should be set for the storage and transport of blood taken as part of a drug test, so that the degradation in the quantities of substances does not lead to the result being wrongly below the limits of the tested drugs?What information is needed for the evaluation of the law in five years and is this information collected and stored in current practice? | |
dc.description.abstract | Per 1 juli 2017 is artikel 8 van de Wegenverkeerswet uitgebreid met lid 5 om het rijden onder invloed van drugs beter aan te pakken. Dit kan bijdragen aan het vergroten van de verkeersveiligheid. De wetswijziging voorziet onder andere in een instrumentarium waarmee politie en justitie het gebruik van drugs eenvoudiger kunnen vaststellen. Daarmee is de politie bevoegd om verkeersdeelnemers te testen op drugsgebruik door middel van een speekseltester en door onderzoek van de psychomotorische functies en oog- en spraakfuncties (middels een psychomotorische test oftewel PMT). 1 Bij een positieve uitslag op de speekseltester of PMT volgt een bloedonderzoek. Als op basis van het bloedonderzoek de concentratie drugs boven de bij AMvB vastgestelde grenswaarde blijkt te liggen of bij gecombineerd gebruik van drugs of van één of meer drugs en alcohol boven de daarvoor vastgestelde grenswaarde uitkomt, is er sprake van een strafbaar feit. Het onderzoek kent de volgende drieledige probleemstelling (hoofdvragen) die vervolgens zijn uitgewerkt in onderzoeksvragen: Hoe verloopt het proces van het testen op drugs in het verkeer? Welke eisen dienen aan opslag en transport van bloed, afgenomen in het kader van een drugstest, te worden gesteld opdat de afbraak in de hoeveelheden stoffen er niet toe leidt dat de uitslag onterecht beneden de grenswaarden van de geteste drugs komen te liggen? Welke informatie is voor de evaluatie van de wet over vijf jaar nodig en wordt deze informatie in de huidige praktijk verzameld en opgeslagen? INHOUD: 1. Inleiding 2. Procesbeschrijving 3. Politie 4. NFI (& andere geaccrediteerde laboratoria) 5. OM 6. Opslag en transport van bloed 7. Benodigde gegevens wetsevaluatie 8. Conclusies | |
dc.publisher | DSP-groep | |
dc.relation.ispartofseries | WODC Rapport 2912 | |
dc.subject | Evaluatie van wetgeving | |
dc.subject | Beslissing omtrent vervolging | |
dc.subject | Databestand | |
dc.subject | Wet- en regelgeving | |
dc.subject | Wegenverkeerswet | |
dc.subject | Politiele verkeershandhaving | |
dc.subject | Registratiesysteem | |
dc.subject | Druggebruik | |
dc.subject | Delinquenten | |
dc.subject | Nederlands forensisch instituut | |
dc.subject | Drugtest | |
dc.subject | Druggebruik | |
dc.subject | Rijden onder invloed | |
dc.subject | Bloedproef | |
dc.title | Evaluatie DIV | |
dc.title.alternative | Rijden onder invloed van drugs deel 2: onderzoek naar de werkprocessen en speekseltester, condities rondom opslag en transport van bloed en informatieopslag | |
dc.type | rapport | |
dc.identifier.project | 2912 | |
refterms.dateFOA | 2021-01-22T13:13:55Z | |
html.description.abstract | With effect from 1 July 2017, Article 8 of the Road Traffic Act has been expanded with paragraph 5 to better tackle driving under the influence of drugs – or as we call here: drugged driving. This can contribute to increasing road safety. The amendment to the law provides, among other things, for a set of instruments with which the police and the judicial authorities can more easily determine the use of drugs. The police are thus authorized to test road users for drug use by means of a saliva drug tester and by examining the psychomotor functions and eye and speech functions (by means of a psychomotor test or PMT).The research has the following threefold problem definition (main questions) that are subsequently elaborated into research questions:How is the drug testing process going?What requirements should be set for the storage and transport of blood taken as part of a drug test, so that the degradation in the quantities of substances does not lead to the result being wrongly below the limits of the tested drugs?What information is needed for the evaluation of the law in five years and is this information collected and stored in current practice? | en_GB |
html.description.abstract | Per 1 juli 2017 is artikel 8 van de Wegenverkeerswet uitgebreid met lid 5 om het rijden onder invloed van drugs beter aan te pakken. Dit kan bijdragen aan het vergroten van de verkeersveiligheid. De wetswijziging voorziet onder andere in een instrumentarium waarmee politie en justitie het gebruik van drugs eenvoudiger kunnen vaststellen. Daarmee is de politie bevoegd om verkeersdeelnemers te testen op drugsgebruik door middel van een speekseltester en door onderzoek van de psychomotorische functies en oog- en spraakfuncties (middels een psychomotorische test oftewel PMT). 1 Bij een positieve uitslag op de speekseltester of PMT volgt een bloedonderzoek. Als op basis van het bloedonderzoek de concentratie drugs boven de bij AMvB vastgestelde grenswaarde blijkt te liggen of bij gecombineerd gebruik van drugs of van één of meer drugs en alcohol boven de daarvoor vastgestelde grenswaarde uitkomt, is er sprake van een strafbaar feit. Het onderzoek kent de volgende drieledige probleemstelling (hoofdvragen) die vervolgens zijn uitgewerkt in onderzoeksvragen: Hoe verloopt het proces van het testen op drugs in het verkeer? Welke eisen dienen aan opslag en transport van bloed, afgenomen in het kader van een drugstest, te worden gesteld opdat de afbraak in de hoeveelheden stoffen er niet toe leidt dat de uitslag onterecht beneden de grenswaarden van de geteste drugs komen te liggen? Welke informatie is voor de evaluatie van de wet over vijf jaar nodig en wordt deze informatie in de huidige praktijk verzameld en opgeslagen? <P></P><b>INHOUD:</b> 1. Inleiding 2. Procesbeschrijving 3. Politie 4. NFI (& andere geaccrediteerde laboratoria) 5. OM 6. Opslag en transport van bloed 7. Benodigde gegevens wetsevaluatie 8. Conclusies | nl_NL |
dc.identifier.tud | uuid:8c2377d5-495f-45c7-9742-c32c892de126 | |
dc.contributor.institution | DSP-groep | |
dc.contributor.institution | WODC | |
dc.source.city | Amsterdam |