Evaluatie Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging vrijheidsbenemende en voorwaardelijke sancties (Wets)
dc.contributor.author | Nauta, O. | |
dc.contributor.author | Aalst, M. van | |
dc.contributor.author | Özgül, P. | |
dc.coverage.spatial | Nederland | |
dc.date.accessioned | 2021-01-22T13:13:50Z | |
dc.date.available | 2021-01-22T13:13:50Z | |
dc.date.issued | 2018 | |
dc.identifier.uri | http://hdl.handle.net/20.500.12832/2361 | |
dc.description.abstract | Framework Decisions 2008/909/JHA and 2008/947/JHA completed the EU legislation on the transfer of enforcement of criminal penalties. Framework Decision 909 gives further substance to the principle of mutual recognition for custodial sentences, and with Framework Decision 947 this is done for suspended sentences and alternative sanctions. On 1 November 2012, both Framework Decisions were implemented in the Law on Mutual Recognition and Enforcement of Custodial and Suspended Sanctions (in Dutch: the Wets). As from that date, the Wets regulates the enforcement in the Netherlands of criminal sentences from EU Member States which, like the Netherlands, have implemented both Framework Decisions in their national legislation. The purpose of the investigation is to provide insight into the application of the Wets in practice. The following twofold objective was the guiding principle: How many Wets cases have been dealt with (both incoming and outgoing) since this law came into force, with what outcome, and what are the characteristics of these cases? What is the procedure of application of the Wets and how is this experienced by the organisations involved? | |
dc.description.abstract | De Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging vrijheidsbenemende en voorwaardelijke sancties (Wets) is van toepassing indien sprake is van overdracht van de tenuitvoerlegging van strafvonnissen tussen de lidstaten van de Europese Unie. De kaderbesluiten zijn gebaseerd op het Verdrag betreffende de Europese Unie en beogen de strafrechtelijke samenwerking tussen de lidstaten van de Europese Unie op het terrein van de tenuitvoerlegging van vrijheidsstraffen, voorwaardelijke en alternatieve straffen te intensiveren en vergemakkelijken. Het onderzoek geeft antwoord op de vraag hoeveel inkomende en uitgaande Wets-verzoeken er sinds de inwerkingtreding succesvol zijn afgehandeld. Uit welke landen komen de certificaten, wat zijn de termijnen voor afhandeling, wat is de gemiddelde duur van de overgenomen straffen, welke weigeringsgronden worden toegepast? Wat gaat er goed rondom de Wets en wat kan er beter?De evaluatie zal bestaan uit twee fases. De eerste fase is van kwantitatieve aard. Deze fase is er op gericht, om op basis van data die beschikbaar zijn bij afdeling Internationale Overdracht Strafvonnissen (IOS) van de DJI, het OM en IRC Noord-Holland cijfermatige informatie te genereren over de toepassing van de Wets in de praktijk. Hierbij dient aandacht uit te gaan naar het aantal inkomende en uitgaande certificaten voor zowel voorwaardelijke als onvoorwaardelijke sancties dat is ontvangen dan wel verzonden. Daarnaast moet worden onderzocht wat de karakteristieken zijn van afgehandelde zaken en of en hoe die karakteristieken met elkaar samenhangen. In de tweede fase zal aan de hand van kwalitatief onderzoek onder uitvoerende partijen worden bepaald hoe de Wets in de praktijk wordt toegepast en hoe dit wordt ervaren (wat loopt goed en wat kan worden verbeterd?). Daarbij moet ook worden onderzocht of de toepassing plaatsvindt volgens de toepasselijke regels en werkafspraken. INHOUD: 1. Inleiding 2. Methodische verantwoording 3. Formeel kader Wets 4. Vrijheidsbenemende sancties 5. Voorwaardelijke alternatieve sancties 6. Profiel Wets-zaken 7. Aandachtspunten 8. Conclusies | |
dc.publisher | DSP-groep | |
dc.relation.ispartofseries | WODC Rapport 2847 | |
dc.subject | Wets | |
dc.subject | Overdracht straftenuitvoerlegging | |
dc.subject | Internationale rechtshulp | |
dc.subject | Internationale samenwerking | |
dc.subject | Evaluatie van wetgeving | |
dc.subject | Voorwaardelijke veroordeling | |
dc.subject | Taakstraf | |
dc.subject | Gevangenisstraf | |
dc.title | Evaluatie Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging vrijheidsbenemende en voorwaardelijke sancties (Wets) | |
dc.type | rapport | |
dc.identifier.project | 2847 | |
refterms.dateFOA | 2021-01-22T13:13:50Z | |
html.description.abstract | Framework Decisions 2008/909/JHA and 2008/947/JHA completed the EU legislation on the transfer of enforcement of criminal penalties. Framework Decision 909 gives further substance to the principle of mutual recognition for custodial sentences, and with Framework Decision 947 this is done for suspended sentences and alternative sanctions. On 1 November 2012, both Framework Decisions were implemented in the Law on Mutual Recognition and Enforcement of Custodial and Suspended Sanctions (in Dutch: the Wets). As from that date, the Wets regulates the enforcement in the Netherlands of criminal sentences from EU Member States which, like the Netherlands, have implemented both Framework Decisions in their national legislation. The purpose of the investigation is to provide insight into the application of the Wets in practice. The following twofold objective was the guiding principle: How many Wets cases have been dealt with (both incoming and outgoing) since this law came into force, with what outcome, and what are the characteristics of these cases? What is the procedure of application of the Wets and how is this experienced by the organisations involved? | en_GB |
html.description.abstract | De Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging vrijheidsbenemende en voorwaardelijke sancties (Wets) is van toepassing indien sprake is van overdracht van de tenuitvoerlegging van strafvonnissen tussen de lidstaten van de Europese Unie. De kaderbesluiten zijn gebaseerd op het Verdrag betreffende de Europese Unie en beogen de strafrechtelijke samenwerking tussen de lidstaten van de Europese Unie op het terrein van de tenuitvoerlegging van vrijheidsstraffen, voorwaardelijke en alternatieve straffen te intensiveren en vergemakkelijken. Het onderzoek geeft antwoord op de vraag hoeveel inkomende en uitgaande Wets-verzoeken er sinds de inwerkingtreding succesvol zijn afgehandeld. Uit welke landen komen de certificaten, wat zijn de termijnen voor afhandeling, wat is de gemiddelde duur van de overgenomen straffen, welke weigeringsgronden worden toegepast? Wat gaat er goed rondom de Wets en wat kan er beter?De evaluatie zal bestaan uit twee fases. De eerste fase is van kwantitatieve aard. Deze fase is er op gericht, om op basis van data die beschikbaar zijn bij afdeling Internationale Overdracht Strafvonnissen (IOS) van de DJI, het OM en IRC Noord-Holland cijfermatige informatie te genereren over de toepassing van de Wets in de praktijk. Hierbij dient aandacht uit te gaan naar het aantal inkomende en uitgaande certificaten voor zowel voorwaardelijke als onvoorwaardelijke sancties dat is ontvangen dan wel verzonden. Daarnaast moet worden onderzocht wat de karakteristieken zijn van afgehandelde zaken en of en hoe die karakteristieken met elkaar samenhangen. In de tweede fase zal aan de hand van kwalitatief onderzoek onder uitvoerende partijen worden bepaald hoe de Wets in de praktijk wordt toegepast en hoe dit wordt ervaren (wat loopt goed en wat kan worden verbeterd?). Daarbij moet ook worden onderzocht of de toepassing plaatsvindt volgens de toepasselijke regels en werkafspraken. <P></P><b>INHOUD:</b> 1. Inleiding 2. Methodische verantwoording 3. Formeel kader Wets 4. Vrijheidsbenemende sancties 5. Voorwaardelijke alternatieve sancties 6. Profiel Wets-zaken 7. Aandachtspunten 8. Conclusies | nl_NL |
dc.identifier.tud | uuid:937dc45d-fcfd-4942-8ecb-336ca4fa704f | |
dc.contributor.institution | DSP-groep | |
dc.contributor.institution | WODC | |
dc.source.city | Amsterdam | |
dc.title.english | Evaluation Law on Mutual Recognition and Enforcement of Custodial and Suspended Sanctions (in Dutch: the Wets) (full text only available in Dutch) |