Show simple item record

dc.contributor.authorDavelaar, E.J.
dc.contributor.authorTissing, H.A.
dc.contributor.authorWaal, J. (medew.)
dc.coverage.spatialNederland
dc.date.accessioned2021-01-22T13:13:47Z
dc.date.available2021-01-22T13:13:47Z
dc.date.issued2018
dc.identifier.urihttp://hdl.handle.net/20.500.12832/2337
dc.description.abstractBook 1 of the Dutch Civil Code (Burgerlijk Wetboek) includes three protection measures that provide protection to vulnerable adults who are unable to represent their interests or look after themselves in an adequate manner, by the appointment of a legal representative. These measures are curatorship, protective administration and mentorship. The subdistrict court judge decides on the implementation or withdrawal of these measures. Bureau Bartels conducted a survey on the practical experiences of various types of actors regarding the changes pursuant to the CBM Act, the Quality Requirements Decree and the Remuneration Regulations.
dc.description.abstractHet Burgerlijk Wetboek bevat een drietal beschermingsmaatregelen waarmee kwetsbare volwassenen die niet goed in staat zijn voor zichzelf op te komen, kunnen worden beschermd. Het betreft de benoeming van een wettelijke vertegenwoordiger die hun belangen behartigt: curatele, beschermingsbewind en mentorschap. De Wet wijziging curatele, beschermingsbewind en mentorschap (Stb. 2013, 414) bevat aanvullingen en wijzigingen van de regels omtrent deze beschermingsmaatregelen. De centrale probleemstelling van het onderzoek is als volgt geformuleerd: In hoeverre zijn de doelen van de Wet cbm – voldoende toegang en adequate bescherming voor mensen die onvoldoende zelfredzaam zijn – gerealiseerd? In welke mate wordt zelfredzaamheid, waar mogelijk, bevorderd blijkens uitstroom dan wel keuze voor lichtere maatregelen? Zijn de kwaliteitseisen voor professionele vertegenwoordigers doeltreffend? Beschikken kantonrechters over voldoende en juiste informatie over de benoembaarheid van deze vertegenwoordigers en kunnen zij aan de hand van deze eisen een adequate controle op de kwaliteit van dienstverlening van vertegenwoordigers uitoefenen en zo nodig ingrijpen? Is de geïntroduceerde beloningssystematiek doeltreffend in die zin dat er eenduidigheid bestaat over de beloning van vertegenwoordigers en voldoende uren vergoed worden om de beschermingstaken adequaat uit te kunnen voeren? INHOUD: 1. Inleiding 2. Aansluiting bij ondersteuningsbehoeften 3. Borging kwaliteit vertegenwoordiging 4. Stroomlijnen van het wettelijk kader 5. Conclusies
dc.publisherBureau Bartels
dc.relation.ispartofseriesWODC Rapport 2816
dc.subjectEvaluatieonderzoek
dc.subjectKwaliteitszorg
dc.subjectEvaluatie van wetgeving
dc.subjectBewindvoerders
dc.subjectMeerderjarigheid
dc.subjectMentorschap meerderjarigen
dc.subjectOnderbewindstelling
dc.subjectCuratele
dc.subjectBewind
dc.subjectInkomen
dc.titleWerking Wet wijziging curatele, beschermingsbewind en mentorschap, Besluit kwaliteitseisen cbm en Regeling beloning cbm
dc.typerapport
dc.identifier.project2816
refterms.dateFOA2021-01-22T13:13:47Z
html.description.abstractBook 1 of the Dutch Civil Code (Burgerlijk Wetboek) includes three protection measures that provide protection to vulnerable adults who are unable to represent their interests or look after themselves in an adequate manner, by the appointment of a legal representative. These measures are curatorship, protective administration and mentorship. The subdistrict court judge decides on the implementation or withdrawal of these measures. Bureau Bartels conducted a survey on the practical experiences of various types of actors regarding the changes pursuant to the CBM Act, the Quality Requirements Decree and the Remuneration Regulations.en_GB
html.description.abstractHet Burgerlijk Wetboek bevat een drietal beschermingsmaatregelen waarmee kwetsbare volwassenen die niet goed in staat zijn voor zichzelf op te komen, kunnen worden beschermd. Het betreft de benoeming van een wettelijke vertegenwoordiger die hun belangen behartigt: curatele, beschermingsbewind en mentorschap. De Wet wijziging curatele, beschermingsbewind en mentorschap (Stb. 2013, 414) bevat aanvullingen en wijzigingen van de regels omtrent deze beschermingsmaatregelen. De centrale probleemstelling van het onderzoek is als volgt geformuleerd: In hoeverre zijn de doelen van de Wet cbm – voldoende toegang en adequate bescherming voor mensen die onvoldoende zelfredzaam zijn – gerealiseerd? In welke mate wordt zelfredzaamheid, waar mogelijk, bevorderd blijkens uitstroom dan wel keuze voor lichtere maatregelen? Zijn de kwaliteitseisen voor professionele vertegenwoordigers doeltreffend? Beschikken kantonrechters over voldoende en juiste informatie over de benoembaarheid van deze vertegenwoordigers en kunnen zij aan de hand van deze eisen een adequate controle op de kwaliteit van dienstverlening van vertegenwoordigers uitoefenen en zo nodig ingrijpen? Is de geïntroduceerde beloningssystematiek doeltreffend in die zin dat er eenduidigheid bestaat over de beloning van vertegenwoordigers en voldoende uren vergoed worden om de beschermingstaken adequaat uit te kunnen voeren? <P></P><b>INHOUD:</b> 1. Inleiding 2. Aansluiting bij ondersteuningsbehoeften 3. Borging kwaliteit vertegenwoordiging 4. Stroomlijnen van het wettelijk kader 5. Conclusiesnl_NL
dc.identifier.tuduuid:62e0ad90-5252-4189-8762-4fd61f05d8ae
dc.contributor.institutionBureau Bartels
dc.contributor.institutionWODC
dc.source.cityAmersfoort


Files in this item

Thumbnail
Name:
2816_volledige_tekst_tcm28-350 ...
Size:
1.775Mb
Format:
PDF
Thumbnail
Name:
2816_samenvatting_tcm28-350107.pdf
Size:
87.96Kb
Format:
PDF
Thumbnail
Name:
2816_summary_tcm28-350108.pdf
Size:
70.29Kb
Format:
PDF

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record