Scholierenonderzoek kindermishandeling 2016
dc.contributor.author | Schellingerhout, R. | |
dc.contributor.author | Ramakers, C. | |
dc.coverage.spatial | Nederland | |
dc.date.accessioned | 2021-01-22T13:13:30Z | |
dc.date.available | 2021-01-22T13:13:30Z | |
dc.date.issued | 2017 | |
dc.identifier.uri | http://hdl.handle.net/20.500.12832/2237 | |
dc.description.abstract | The aim of the 2016 Pupils on abuse study is to investigate the prevalence of child abuse among pupils in the first four years of secondary school in 2016; which pupils are the most at risk, and under what circumstances; and which pupils are current or former victims of one or more forms of child abuse. | |
dc.description.abstract | In het Actieplan aanpak kindermishandeling 2012-2016 ‘Kinderen veilig’ (bijlage bij Tweede Kamerstukken, Vergaderjaar 2011-2012, 31015 nr. 69) is aangekondigd dat in 2015 een derde prevalentiestudie kindermishandeling wordt voorzien (zie ook de brief van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) aan de Tweede Kamer van 10 juli 2014; Tweede Kamerstukken, Vergaderjaar 2013-2014, dossier 33750 XVI (aanpak geweld in afhankelijkheidsrelaties), nr. 109). De ministeries van VWS en VenJ willen meer inzicht verkrijgen in de samenloop in gezinnen van kindermishandeling en andere vormen van huiselijk geweld. Het doel van het scholieronderzoek kindermishandeling is om te onderzoeken hoe vaak kindermishandeling voorkomt anno 2016 onder scholieren in de eerste vier jaar van het voortgezet onderwijs, welke scholieren onder welke omstandigheden het meeste risico lopen en welke scholieren daadwerkelijk slachtoffer zijn of zijn geweest in het verleden van een of meerdere vormen van kindermishandeling. Het scholierenonderzoek maakt deel uit van een breder onderzoekprogramma dat als doel heeft de prevalentie van huiselijk geweld en kindermishandeling in Nederland te bepalen. Na het huidige scholierenonderzoek volgt nog een informantenstudie. In deze informantenstudie worden professionals bevraagd naar het voorkomen van kindermishandeling. De uitkomsten van beide studies tezamen zullen uiteindelijk leiden tot een schatting van de prevalentie van kindermishandeling in Nederland. INHOUD: 1. Inleiding 2. Kindermishandeling in Nederland 3. Methode en opzet scholierenonderzoek 4. Representativiteit en vergelijkbaarheid 5. Prevalentie van kindermishandeling 2016 6. Samenhang en risicofactoren 7. Trends in de tijd 8. Kindermishandeling en geweld tussen ouders 9. Hulpzoekgedrag en disclosure 10. Uitkomsten en vervolg | |
dc.publisher | Radboud Universiteit - ITS | |
dc.relation.ispartofseries | WODC Rapport 2668b | |
dc.relation.uri | https://www.wodc.nl/actueel/nieuws/2017/05/17/scholieren-over-kindermishandeling | |
dc.subject | Risicoanalyse | |
dc.subject | Jeugdigen | |
dc.subject | Scholieren | |
dc.subject | Slachtoffers | |
dc.subject | Echtscheiding | |
dc.subject | Kindermishandeling | |
dc.subject | Huiselijk geweld | |
dc.subject | Gezinsomstandigheden | |
dc.subject | Psychisch letsel | |
dc.subject | Fysiek letsel | |
dc.subject | Indirect slachtofferschap | |
dc.subject | Ouders | |
dc.subject | Hulpverlening | |
dc.title | Scholierenonderzoek kindermishandeling 2016 | |
dc.type | rapport | |
dc.identifier.project | 2668B | |
refterms.dateFOA | 2021-01-22T13:13:30Z | |
html.description.abstract | The aim of the 2016 Pupils on abuse study is to investigate the prevalence of child abuse among pupils in the first four years of secondary school in 2016; which pupils are the most at risk, and under what circumstances; and which pupils are current or former victims of one or more forms of child abuse. | en_GB |
html.description.abstract | In het Actieplan aanpak kindermishandeling 2012-2016 ‘Kinderen veilig’ (bijlage bij Tweede Kamerstukken, Vergaderjaar 2011-2012, 31015 nr. 69) is aangekondigd dat in 2015 een derde prevalentiestudie kindermishandeling wordt voorzien (zie ook de brief van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) aan de Tweede Kamer van 10 juli 2014; Tweede Kamerstukken, Vergaderjaar 2013-2014, dossier 33750 XVI (aanpak geweld in afhankelijkheidsrelaties), nr. 109). De ministeries van VWS en VenJ willen meer inzicht verkrijgen in de samenloop in gezinnen van kindermishandeling en andere vormen van huiselijk geweld. Het doel van het scholieronderzoek kindermishandeling is om te onderzoeken hoe vaak kindermishandeling voorkomt anno 2016 onder scholieren in de eerste vier jaar van het voortgezet onderwijs, welke scholieren onder welke omstandigheden het meeste risico lopen en welke scholieren daadwerkelijk slachtoffer zijn of zijn geweest in het verleden van een of meerdere vormen van kindermishandeling. Het scholierenonderzoek maakt deel uit van een breder onderzoekprogramma dat als doel heeft de prevalentie van huiselijk geweld en kindermishandeling in Nederland te bepalen. Na het huidige scholierenonderzoek volgt nog een informantenstudie. In deze informantenstudie worden professionals bevraagd naar het voorkomen van kindermishandeling. De uitkomsten van beide studies tezamen zullen uiteindelijk leiden tot een schatting van de prevalentie van kindermishandeling in Nederland. <P></P><b>INHOUD:</b> 1. Inleiding 2. Kindermishandeling in Nederland 3. Methode en opzet scholierenonderzoek 4. Representativiteit en vergelijkbaarheid 5. Prevalentie van kindermishandeling 2016 6. Samenhang en risicofactoren 7. Trends in de tijd 8. Kindermishandeling en geweld tussen ouders 9. Hulpzoekgedrag en disclosure 10. Uitkomsten en vervolg | nl_NL |
dc.identifier.tud | uuid:b642a181-d03c-47a0-ab26-ce9acc4c7a42 | |
dc.contributor.institution | Radboud Universiteit - ITS | |
dc.contributor.institution | WODC | |
dc.source.city | Nijmegen |