Effectiviteit van sanctieprogramma's: bouwstenen voor een toetsingskader
dc.contributor.author | Beenakkers, E.M.Th. | |
dc.coverage.spatial | Nederland | |
dc.date.accessioned | 2021-01-22T13:07:31Z | |
dc.date.available | 2021-01-22T13:07:31Z | |
dc.date.issued | 2000 | |
dc.identifier.uri | http://hdl.handle.net/20.500.12832/1304 | |
dc.description.abstract | This study surveys available literature to establish the proven or probable characteristics which penal interventions must meet for particular groups of offenders and/or offences in order to be effective. Can these characteristics be laid down in an assessment framework for effectiveness? Covering the full range of sanctions, for both minor and adult offenders, this report first addresses the study surveys (both meta-analyses and descriptive research surveys) with regard to the effectiveness of sanctions and criminal interventions. It then addresses the effectiveness of interventions with regard to specific offenders and /or offences, followed by a discussion of how this expertise is used in practice abroad. It deals with the cognitions-driven programme Reasoning and Rehabilitation, introduced in Canada and other countries on a large scale, and with the ways in which countries outside the Netherlands try to obtain and maintain a better insight into the effect and execution of interventions. This is followed by the conclusions, while it also looks at how the expertise gained can be used in the Netherlands. | |
dc.description.abstract | De probleemstelling van dit onderzoek luidt: wat zijn volgens de literatuur de bewezen of waarschijnlijke kenmerken waaraan strafrechtelijke interventies bij welke daders c.q. delictvormen moeten voldoen, om effectief te zijn? Zijn deze kenmerken te vervatten in een toetsingskader voor effectiviteit? Het betreft hier het gehele sanctie-arsenaal, voor zowel meerder- als minderjarigen. In deze rapportage wordt eerst ingegaan op onderzoeksoverzichten (zowel meta-analyses als beschrijvende onderzoeksoverzichten) m.b.t. de effectiviteit van sancties en strafrechtelijke interventies. Daarna wordt ingegaan op de effectiviteit van interventies m.b.t. sprcifieke daders en/of delicten. Vervolgens wordt besproken hoe in het buitenland in de praktijk verder gegaan is met deze kennis. Ingegaan wordt op het op cognities gerichte programma Reasoning and Rehabilitation, dat in Canada en andere landen op grote schaal is ingevoerd, en op de manieren waarop in het buitenland getracht wordt meer zich te krijgen en te houden op het effect en de uitvoering van interventies. Tenslotte volgen de conclusies en wordt bezien op welke manier in Nederland met de opgebouwde kennis verder gegaan kan worden. INHOUD: 1. Inleiding 2. Effectiviteit van interventies; algemeen 3. Effectiviteit per delictsoort en/of dadertype 4. Toepassing in de praktijk: erkenning van programma's 5. Slotbeschouwing | |
dc.publisher | WODC | |
dc.relation.ispartofseries | Onderzoeksnotities 2000/01 | |
dc.subject | Straf | |
dc.subject | Effectiviteit en efficiency | |
dc.subject | Alternatieve straf | |
dc.subject | Engeland | |
dc.subject | Zedendelict | |
dc.subject | Delinquenten | |
dc.subject | Drugverslaafde delinquenten | |
dc.subject | Verenigde Staten | |
dc.subject | Duitsland | |
dc.subject | Schotland | |
dc.subject | Canada | |
dc.subject | Gewelddelict | |
dc.subject | Literatuuronderzoek | |
dc.subject | Psychisch gestoorde delinquenten | |
dc.title | Effectiviteit van sanctieprogramma's: bouwstenen voor een toetsingskader | |
dc.title.alternative | een literatuuronderzoek | |
dc.type | rapport | |
dc.identifier.project | W00222 | |
refterms.dateFOA | 2021-01-22T13:07:31Z | |
html.description.abstract | This study surveys available literature to establish the proven or probable characteristics which penal interventions must meet for particular groups of offenders and/or offences in order to be effective. Can these characteristics be laid down in an assessment framework for effectiveness? Covering the full range of sanctions, for both minor and adult offenders, this report first addresses the study surveys (both meta-analyses and descriptive research surveys) with regard to the effectiveness of sanctions and criminal interventions. It then addresses the effectiveness of interventions with regard to specific offenders and /or offences, followed by a discussion of how this expertise is used in practice abroad. It deals with the cognitions-driven programme Reasoning and Rehabilitation, introduced in Canada and other countries on a large scale, and with the ways in which countries outside the Netherlands try to obtain and maintain a better insight into the effect and execution of interventions. This is followed by the conclusions, while it also looks at how the expertise gained can be used in the Netherlands. | en_GB |
html.description.abstract | De probleemstelling van dit onderzoek luidt: wat zijn volgens de literatuur de bewezen of waarschijnlijke kenmerken waaraan strafrechtelijke interventies bij welke daders c.q. delictvormen moeten voldoen, om effectief te zijn? Zijn deze kenmerken te vervatten in een toetsingskader voor effectiviteit? Het betreft hier het gehele sanctie-arsenaal, voor zowel meerder- als minderjarigen. In deze rapportage wordt eerst ingegaan op onderzoeksoverzichten (zowel meta-analyses als beschrijvende onderzoeksoverzichten) m.b.t. de effectiviteit van sancties en strafrechtelijke interventies. Daarna wordt ingegaan op de effectiviteit van interventies m.b.t. sprcifieke daders en/of delicten. Vervolgens wordt besproken hoe in het buitenland in de praktijk verder gegaan is met deze kennis. Ingegaan wordt op het op cognities gerichte programma Reasoning and Rehabilitation, dat in Canada en andere landen op grote schaal is ingevoerd, en op de manieren waarop in het buitenland getracht wordt meer zich te krijgen en te houden op het effect en de uitvoering van interventies. Tenslotte volgen de conclusies en wordt bezien op welke manier in Nederland met de opgebouwde kennis verder gegaan kan worden. <P></P><b>INHOUD:</b> 1. Inleiding 2. Effectiviteit van interventies; algemeen 3. Effectiviteit per delictsoort en/of dadertype 4. Toepassing in de praktijk: erkenning van programma's 5. Slotbeschouwing | nl_NL |
dc.identifier.tud | uuid:65fbdda7-0606-47c2-b7a7-56f2ce82ef51 | |
dc.contributor.institution | WODC | |
dc.source.city | Den Haag |